Blue Mountains, Saint Patrick en Byron Bay - Reisverslag uit Byron Bay, Australië van Ruben Standaert - WaarBenJij.nu Blue Mountains, Saint Patrick en Byron Bay - Reisverslag uit Byron Bay, Australië van Ruben Standaert - WaarBenJij.nu

Blue Mountains, Saint Patrick en Byron Bay

Door: R.

Blijf op de hoogte en volg Ruben

23 Maart 2013 | Australië, Byron Bay

Zo geachte aanwezigen,
Welkom voor een nieuwe ronde Ruben gebrabbel.
Er is ondertussen weer veel gebeurd, maar –zoals altijd- zal ik toch proberen om het verslag toch aan de korte kant te houden. (haha what a joke! :p )

Hier is de versie voor de mensen met weinig tijd, of de ongeletterden onder ons (yeah, you know who you are… :p)

Ik ben in de Blue Mountains geweest.
Ik heb in Sydney Saint Patrick gevierd.
Ik ben in Noordelijke richting vertrokken.
Ik ben nu in Byron Bay.
Done. :)

Voor mijn familie, en voor degene die misschien wat meer willen weten zal ik een iets minder bondig verslag geven.

Dus, Vertrokken uit Sydney met Blackened. Vertrokken richting Blue Mountains. Ik weet dat België bekend staat als een land van files, slechte chauffeurs en in het algemeen verkeersproblemen. But let me tell you, Leaving Sydney in freaking rush-hour, with a 2nd hand car…. It’s something else. Eerst en vooral was de straat waar ik moest vertrekken vol verkeer. Na een kwartier wachten liet eindelijk mij in de rij auto’s en kon ik stapvoets verder rijden richting Blue Mountains. Yeah, stapvoets. Ik denk dat ik sneller uit Sydney stad zou zijn geraakt te voet dan in Blackened. Een GPS is een luxe die ik mij niet kan betalen, dus ik heb een kaart van (bijna) al de staten van Australië. Toen ik met Karen door Victoria reisde lukte dat zonder problemen en het was zelfs leuk om de routes zo uit te stippelen. Voor diegene die weten hoe groot de verschillende staten van Australië zijn, Victoria is een van de kleinste, en New South Wales is een PAK groter. En de kaart die ik heb staat dan ook nog eens ‘vol’ nutteloze info voor toeristen wat de kaart nog onduidelijker maakt. Dat in combinatie met de vele auto’s die allemaal tegelijk uit Sydney vertrokken en de tegenstrijdige richtingsborden hadden het leuke gevolg dat ik een 2 uur verder pas doorhad dat ik volledig de verkeerde richting uitreed. (Yeah I know, excuses excuses…. :p ) Grrrrrrr… niet dat ik in die 2 uur ver geraakt was, nee nee: amper een kleine 50 km ver was ik geraakt. Allez, omkeren en terug nr Sydney stad en dan opnieuw de weg zoeken. Gelukkig vertrokken de mensen allemaal en waren er maar weinig gekken die terug reden zodat ik veel sneller terug was. Hup juiste richting uitgestippeld en vertrokken. Al gauw kwam ik de borden met daarop “Blue Mountains” tegen. Ppppffffiieeeuuuwwww!!!! Opluchting en de muziek kon terug wat harder… Ahhh Yeaaah…

Het was ondertussen avond geworden, en na een kleine 2 uur later kwam ik in Echo Point, Katoomba aan. Moe parkeerde ik mij bij het infocenter. Aangezien het pikkedonker (pikkedonker tijd,pikkedonker tijd) was had ik de hele weg niks gezien. Er was een groot platform waar je op kon gaan staan om weet-ik-veel wat te bekijken, ik daar dus maar op gaan staan en inderdaad. Reuze grote faren/lichten schenen op de bekende “three sisters” een formatie van 3 grote pilaarachtige rotsen en gaven het een heel spookachtige, surreële en ongeloofwaardige sfeer. In het licht van de lampen vlogen honderden motten af en aan en de vleermuizen maakten daar gretig gebruik van. Wel leuk om te zien. Ik was moe en besloot om mij op een parking in de buurt te zetten en de eerste nacht in de auto door te brengen. Maar eerst de aanliggende paden wat te verkennen. Ja, inderdaad, s’nachts, op een plaats die ik niet ken, in het land met de giftigste beesten van de wereld, recht naast een afgrond, slim I know. Maar ja. Wie niet waagt die komt nooit interessante dingen tegen. :) De paden waren pikkedonker en alles was zwart dus ik had mijn zaklamp op mn gsm opgezet en scheen sporadisch op het pad. Deels om de weg/oneffenheden enzo te zien, deels omdat ik het gevoel had dat er wel eens een interessant dier kon zitten. En inderdaad, midden op het pad zat een grote gekko (een soort hagedis) met de vreemdste staart die ik ooit gezien heb. Yes, een paar foto’s kunnen maken omdat de hagedis verblind was door mn zaklampfunctie en geprobeerd om de hagedis op te pakken. Hm, dat lukte niet echt en het schoot ervandoor terwijl het een soort van lachend/krijsend schreeuwtje liet. Ik moest er hardop van lachen, zo’n grappig geluid. :p Verder gewandeld en nog wat verder zat er een grote zwarte duizendpoot. Zo groot als mijn hand…. Hmmmm sweet, het gevoel van de Blue Mountains zat direct goed. Auto ingekropen, na een hoop reorganiseren met de rommel gaan slapen. Ik voelde mij als een koning als ik heel eerlijk moet zijn. Mijn eigen auto, op de rand van een afgrond en ik die heerlijk kan slapen, zonder eerst een tent op te zetten. Sweet. De achterbank van de auto is volledig inklapbaar en is eigenlijk een verlening van de koffer. Ruimte genoeg eigenlijk. Maar die eerste nacht lag ik een beetje gebroken met mijn benen over de voorste zetels en mijn armen boven mijn hoofd gekruisd. Comfortabel, I can tell you. Nadat ik als een oud pééke uit de auto kroop (die wel wat muffig rook na de eerste nacht) zag ik wat ik de dag ervoor niet gezien had. Bergen, rotswanden, groene jungle in de valleien en een prachtig uitzicht dat zich zover als ik kon zien uitstrekte. Man man, danig onder de indruk, zowel van het uitzicht als van de hopen toeristen die als mieren in Echo Point aankwamen sukkelde ik wat verloren rond. Alles tot in de puntjes verzorgd, netjes gemillimeterd gras en perfect uitgewerkte uitkijkpunten zijn voor toeristen zeker en vast interessant en ‘mooi’. Not for me though. Na wat organiseren, een plan opstellen, informeren hier, informeren daar en heb ik besloten om enkele lange wandelingen, zowel bij echo point als in een ander een deel van het park te doen. Iedereen die ik tegenkwam/mee sprak zei me dat de Blue Mountains zoooo prachtig waren, maar mijn eerste indruk was eerder gemixt. Niet echt ruw of natuurlijk, eerder afgesleten en gemaakt.


Ik besloot om naar Grose Gorge te gaan, want dat was één van de langste, meest ‘wilde’ wandelingen die ze in de Blue Mountains hadden. (amper 3 dagen) beetje verder rijden, wat rondvragen en dan aangekomen in het Heritage National Park van Blackheath. Wat info gevraagd, naar de condities van de paden, het weer, de aanwezigheid van slangen, drinkbaar water,… Blijkbaar waren de paden nog niet hersteld na de hevige regenbuien van februari en waren ze op sommige plaatsen gewoon weggevaagd, gingen er regenbuien komen, waren de slangen wat ‘grumpy’ omdat er al enkele dagen geen echte zon was geweest, zat de vallei vol bloedzuigers en was er geen echt drinkbaar water. I’m liking those conditions… :p De rangers besloten maar om me een PLB (Personal Locater Beacon; niet bacon, beacon) mee te geven, een soort van noodgps-signaal. Moest ik gebeten worden door een slang, of mijn been breken, of iets dergelijks zou ik dat maar moeten activeren en dan kwam de politie, reddings-helicopter en andere rescue-troepen naar die positie. Sweet. Rugzak klaargemaakt en vertrokken. Het was die dag echt warm; wéér een goeie 35 – 37° C. Ruben zweten met de rugzak op zen rug en al helemaal op de weg naar beneden in de vallei. Het pad was uitgekapt uit een bijna verticale rotswand, en goeie 400 – 500 m naar beneden. Een smal pad nauwelijks breed genoeg voor mijn brede borstkas, laat staan mijn rugzak, dat bovendien kletsnat was door de bovenliggende moerassen, bronnen en regenwater. Het was, laat ons zeggen, een zéér interessante afdaling naar de bodem van de vallei. Maar wat een uitzichten, niet te doen! Watervallen, groene rotswanden vol varens, mos en bloemen, rotskleuren die elke 20-50 m veranderden van oranje, naar zwart, naar donkerrood, naar geel… hmmmm heerlijk! Toen ik op de bodem van de vallei was kwam ik in een bonafide, echte jungle. Hahahaha supervet! Grote bomen, lianen, reuzevarens, klimplanten, groen overal waar je rondkeek, grote rottende bomen, bergen bladeren allemaal wild en redelijk untoutched. Het pad was op dat moment nog in redelijke staat, en terwijl ik langzaam afdaal neem ik de geuren, kleuren en de rust waar. De geur van de Blue Mountains is te beschrijven als een soort van eucalyptus/rottende bladeren/aardegeur en ‘frisse – zuivere’ lucht…mjah, raar ik weet het. But I really liked it. Elke keer als ik hier in een bush, een bos of ‘wilde’ natuur kom heb ik het gevoel alsof ik thuis kom. Moeilijk uit te leggen. Ik voel me in deze omgevingen gewoon helemaal ‘juist’. All worries and doubts just vanish… Anyway genoeg openhartigheid verdorie. Ik was ongeveer een dikke 20min op de bodem van de vallei, het pad liep langs een rivier en in het midden van het pad zit een meterlange hagedis. Hahaha, een soort van iguana. Man, snel dat die zijn. :p Nadat ik een korte dagtocht (een kleine 4 u) langs beekjes, kreekjes, verschillende watervallen, jungle, eucalyptusbossen, bushland en acaciabomen/struiken heb gelopen kom ik aan de eerste kampplaats. Acacia flats, een grote vlakte vol groen gras en overal vuurplekjes. Er ligt iemand, een zeker Jasper, uit Nederland. Huij nederlands praten. We zwemmen wat in de rivier en daarna eten koken en slapen. Ik liep eerst in tshirt en short rond, omdat het te warm was, en de eerste 10-15 muggen sloeg ik of dood, of negeerde ik. Maar dat veranderde héél snel toen het begon te schemeren. Mijn ellebogen, rug en benen zagen bijna zwart van de muggen. Zelfs mijn kont moest er ook aan geloven door mijn dunne broek!? Why? Crap. Dan maar bloes en lange broek aangedaan. Niet dat dat die mormels echt tegenhield. Foert, tent in en slapen dan maar. Het was ocharm 8 uur ofzo. De volgende dag vroeg vertrokken omdat ik op tijd aan wou komen in de laatste kampeerplaats, zodat ik kon gaan zwemmen onder een waterval enkele km verder. De staat van het pad begon al héél snel te verslechteren. Gaande van goed beloopbaar, naar zompige ondergrond, rottend gras en bladeren, een klein beetje modder tot gewoon ronduit onbestaande wegen. Het pad volgde in grote lijnen de rivier, maar de verschillende zijrivieren maakten het soms wel verwarrend. Het feit dat er overal wrak- en drijfhout, schuingebogen bomen, rotsen, massieve boomstammen en verrekte doornstruiken stonden maakten de tocht wel interessant en eindelijk had ik écht het gevoel van avontuur. Yes! Dit is het leven. :D De regenbuien moeten echt wel hevig geweest zijn want de impact op de natuur was overal zichtbaar. Na een stevige worstelpartij met enkele doornstruiken (ik heb moeten stoppen om de taken en doorns met weerhaken uit mijn huid te pulken) en een bijna valpartij in de rivier een kleine 20 m lager (door een liaan die bleef hangen achter mijn rugzak) toch aangekomen op de kampplaats, nog geen 3 uur later. Hmmm, waarom is dit een 3 dagentocht? Dit is perfect doenbaar op 1 dag, klein rugzakje, genoeg water en hup? Achjah, kheb tijd genoeg om naar de waterval enkele km’s verder te gaan. Het weer is spijtig genoeg minder geworden; bewolking en af en toe regen. Het pad gaat stevig omhoog, en de rivier wordt kleiner en kleiner en smaller en smaller. Hmm hoe ga ik ooit kunnen zwemmen onder de waterval als de rivier zo klein is? Achjah, we’ll see… Ik zie trouwens immens veel kleine rivierkreeften, ‘Jabbies’ zoals ze die hier noemen. Vanuit een ‘evolutionair’ standpunt snap ik absoluut niet dat zij overleven: Helder oranje en rood zijn ze en ze steken heel fel af tegen de grijze, gele en zwart-blauwe rotsen in de rivier. Je ja, ik heb geprobeerd om ze te vangen, maar ze zijn echt heel snel. (maar ze staan op mijn lijst muhah) dan zie ik de waterval. Een imposante drop-of bijna loodrecht in een groot bassin. Ahh yeaaah… heerlijk fris, of eeder koud, want de zon bereikt hier de bodem niet. Het deed wel deugd om het zweet en het vuil van de tocht af te spoelen. Al de wondjes en de opengekrabde muggebeten (jah, ik negeer dat meestal, maar niet als er 50 op 1 plaats staan) begonnen te irriteren wanneer ik erover wreef. Achja. Onderweg terug naar de kampplaats ontmoet ik eindelijk mijn eerste Blue Mountains Slang: een Sydney Broad-Headed snake. Een kleine, maar venijnig baasje. Recht in het midden van het pad wanneer ik over een heuvel loop. Aahh Yeah! Ik heb mijn GOPRO bij! Aahhh YEaahhh!! De slang begint zich ondertussen op te krullen en zich groot te maken, en hevig te flikkeren met zijn tong. (muhahahaha, Go for it little one!) de GOPRO is gemonteerd op een stok en wanneer ik een close-up wil nemen dan valt de slang de GOPRO gewoon ronduit aan. Amai, I did see that coming, goed dat ik niet probeerde om hem te vangen , want ja: Giftig. Wel een mooi beest. Hopelijk krijg ik de foto’s/filmpje ge-upload. Terug naar het kamp voor een leuk vuurtje, en een laatste kampeermaaltijd. Tijdens de nacht begint het hevig te onweren en de regenvlagen vallen met bakken uit de lucht. Great, de volgende ochtend breek ik mijn tent af, lekker nat nog, bah, en vol zand, bah… Ik haat regen wanneer ik een tent moet afbreken. En ik begin aan de tocht naar boven. Terug een goeie 500 m omhoog. Ik kwam’n man tegen in Katoomba die me zei “You know the difference between hiking in Europe and in the Blueys? In Europe, you start on the bottom of a hill, mountain or a trail, and you go up and then you come down. In the Blueys you start on top, go to the bottom, and in the end there’s a killer of a climb to get back on top.”
De klim was leuk, ware het niet dat de planten en struiken kletsnat waren, en dat de klim door de wolken ging. Leuk. Everybody likes soaking wet Shoes. Mijn schoenen zijn supergoed, oud, maar redelijk waterdicht, maar dat werkt natuurlijk niet wanneer het water letterlijk langs mijn benen naar binnen stroomt. Hmmm het geluid wat elke voetstap maakt, sssjjjjtttplet ssssjjjttttttplett.. tof. Na een klein anderhalf uurtje klimmen, en vele liters water later kom ik aan op de top van Mount Victoria. De wolken zijn mee omhoog gekomen, en ze verstoppen wat van het uitzicht, maar wat ik zie is gewoon magisch. Ik vind het zo erg dat mijn GSM leeg is (kheb alleen een GOPRO en een gsmcamera bij) want het is echt onbeschrijfelijk. voor diegene die het kennen, de serie “the Lost World” (een serie over dinosaurussen die hebben overleefd in een soort omsloten vallei en dan door mensen terugontdekt worden) heeft in het beginfilmpje een soort van massief eiland in de mist waar je de jungle door ziet. Dat eiland in de jungle, dat was praktisch wat ik zag. Groene vallei vol jungle, dan grote oranje rotswanden die als muren omhoog schoten waarvan je de toppen niet kon zien door de wolken, en wanneer die rotswanden onderbroken waren kon je daarachter een achterliggende jungle zien. Deze beschrijving trekt op niks, want het was echt véél beter/prachtiger dan ik nu kan zeggen. Hmm…
De rest van mijn tijd in de Blueys heb ik wat kortere dagtochten gedaan, wat geskyped met mn ouders voor het eerst sinds de start van mijn tocht, wat echt fijn was en de omgeving verkend. Ik merkte wel dat ik naar het weekend toe, naar Saint Patricks day, onrustig begon te worden. Ik vond het toch wel jammer dat ik niet bij mn vrienden kon zijn, en de jaarlijkse traditie verbrak doordat ik hier aan de andere kant van de wereld was.

Maar Australië heeft een grote Ierse gemeenschap en in Sydney was er blijkbaar vanalles te doen. Dus, auto in, naar Berowra gereden, auto geparkeerd , trein gepakt en aangekomen in een zee van groene, blije mensen tijdens de Saint Patrick’s day parade. Ik vind de mensen in Sydney eikels, onvriendelijk en arrogant, maar op SP was iedereen happy! Man, wat een verschil, het was grappig om iedereen met iets groens, een hoedje, en allerlei tattoo’s van Ierland te zien rondlopen. Iedereen was aan’t kijken naar de SPparade. Dat stelde niet zo veel voor, en was eerder grappig om te zien. De straten waren leeg, en dan kwamen er groepen Ierse dansertjes, muziekanten, paradewagens met Ierse producten (geen Guinness helaas), en tractors doorgereden. Doedelzak muziek en andere toestanden maakten het wel leuk. Maar één grote kitch natuurlijk. In Hyde park was er vanalles te doen; een kinderboerderij, springkastelen, allerlei eetstandjes, en optredens op verschillende podia. Een heus evenement! En de live muziek, wel, it was really good! Van typische zangPdoor een vrouwenband, tot de typische storytellingstyle muziek van een man en een gitaar, tot een coverband van U2. Ik kan luisteren naar U2, maar meestal maar enkele liedjes na elkaar. Maar bij deze coverband, Achtung Baby, was het echt één en al sfeer. De zanger leek zelfs op Bono, en ik moest god kijken want hij deed zelfs zoals de zanger. Top muziekanten en performers. Potverdikke, ik moest een hostel zoeken, en tot 3 keer toe ben ik bijna weggegaan tijdens hun optreden, maar heb ik me gewoon omgedraaid en ben blijven luisteren en genieten omdat ze zoveel sfeer brachten. Heel het publiek was mee aan het zingen, aan het dansen en aan het genieten. All happy faces… wat een sfeer… Ik was ondertussen een Noord – Iers meisje tegen gekomen en ze zei dat de beste live muziek in de ‘rocks’ was deze avond, en ze zei me waar ik moest zijn. Kging zien. Eerst een overnachtingsplaats vinden en dan zien hoe ver het wel was. Ik heb dus gevraagd aan verschillende Ierse toeristen wat nu de echte reden is om feest te vieren op Saint Paddys. En het (niet echt verrassende) antwoord is simpel: “It’s just an excuse for us to have a pint of Guinness and enjoy great live Music.” What other reasons do you need right?! Overnachting gefixt, nog wat naar werk gezocht totdat het avond was, wat Guinness gedronken en met een groep feestvierders meegegaan. Uiteindelijk een heel leuke avond gehad, en best wel grappige mensen tegen gekomen. Maar… ik ben toch liever bij mijn eigen vrienden op Saint patricks. Want ik heb het gezegd: Australiërs weten niet wat feestvieren is. Strontzat tegen 11uur, en dan gewoon blijven hangen/liggen in het hostel. That’s just stupid when there’s so much to do!! Na een fijne avond was de ochtend al vlug daar. Het tijdsverschil tussen België en Australië is een 10 uur en s’ochtends was het SP in België. Na een hoop heen en weer gestuur heb ik nog even geskyped met mn vrienden die vanuit de Egel in Hasselt aan het vieren waren. Hahaha tranen van het lachen bij het zien van hun onozelheden en de fijne sfeer die er weer hing. Zoals ik al zei. Feest vieren zonder vrienden in een ander land, its nice, maar geef mij maar mn vrienden anyday. Genoeg! Ik vertrok trg naar Berowra om mijn reis verder te zetten.

Na een vlug bezoekje aan Les en een pint bier (thanks btw Les! :) ) begon mijn eigenlijke roadtrip met Blackened. En eerlijk, buiten de drukte van sommige reuzesteden (Sydney, Melbourne) is het rijden best wel relaxend op de Australische wegen. Behalve wanneer ze weer eens aan het werken zijn aan de wegen, wat hier bijna altijd is, of wanneer er een ongeval gebeurt. De kilometers stapelen zich al vlug op en de benzineprijzen zijn hier op sommige plaatsen echt schandalig verschillend. Tip: nooit in de drukte van de steden gaan, en zeker nooit in het begin van een grote stad, ofwel dieper in de stad vind je goedkoopste ofwel tussen twee steden. Vreemd genoeg. Ook zijn ze hier nogal fishy met de eigenlijke benzineprijzen; er staat bijvoorbeel 145 cent/l maar dan blijkt dat dat de discount unleaded of na aftrekking van één of andere korting is. De prijs is hier rond de 155 cent/l.
Naarmate in verder en verder van Sydney reed merkte ik wel dat het landschap serieus aan het veranderen is. De iets of wat drogere bossen en de weilanden en wijngaarden van meer zuidelijk op het reusachtige eiland werden al vlug vervangen door supergroene, meer tropische bossen en suikerrietplantages… change of scenery, always nice.


Na enkele dagen reizen en slapen in mn auto kwam ik aan in Byron Bay. Mijn eerste zicht hiervan was wanneer in over een heuvel kwam, in de verte stranden en en een prachtige kustlijn zag, omgeven door semi-tropische jungle. Aaaaaaaahhhhh Yeaaahhh… Kennen jullie Pirates of the Carribean, in één van de films is er een pirateneiland, Tortuga,… wel, Byron Bay geeft mij een beetje datzelfde gevoel. Zonder de piratenstreken en de varkens, en dan zijn de piraten in dit geval gewoon ‘ normale’ mensen. In het dorpje hangt er een zalige sfeer. Alles is chill, muziekanten spelen muziek op de straat, artiesten maken schilderijen, excentriekelingen lopen met gerolde ‘sigaretten’ over de straat, verschillende winkeltjes waar je de meest uiteenlopende rommel kan kopen, maar vooral veel surfshops en veel backpackers. Man, supercool. Iedereen is hier trouwens vriendelijk en op zen gemak, niks moet, alles is ‘cool’ en goed en ‘sure man, no worries’… Ingechecked in een hostel voor de laatste keer voordat ik verder reis met Karen (ow, jah… tell you ‘bout that later, wanneer het concreter is ;) ) wat ongeveer binnen een dikke maand- maand en half is. Waarom geld uitgeven aan accommodatie als je kan slapen in je auto? Wel, ik reis nu al meer dan een maand ‘alleen’, en ik ben tot nu toe alleen maar vervelende mensen tegengekomen, en heb me wat afgezonderd wanneer er vanalles te doen was. En de contacten die ik heb met mensen zijn zoiezo maar van korte duur, een paar uur, of een dag. Nadat ik geskyped heb met familie en vrienden merkte ik toch dat ik wat eenzaam was. Waar ik absoluut niet over ga klagen, want ik zie hier de meest coole dingen en ik heb hier absoluut de beste tijd van mijn leven, so far. No complaints there, maar toch even wat nood aan interactie met leuke mensen, en ik heb best de indruk dat dat hier het geval is.
En tot nu toe valt dat goed mee, zoals ik al zei: super toffe mensen, niet allemaal even nuchter, maar dat is ok. Kben hier aan een Zwitserse Leerkracht (Romy) tegen gekomen die hier ook alleen rondreist en waar het wel mee klikt, en serieus, als het lesgeven in Zwitserland zo voordelig is als zij zegt dan weet ik wat ik ga doen. Alexys is een Franse kerel die dezelfde humor heeft en gewoon superchill is. Hij gaat ook in Noordelijke richting verder, maar heeft alles met de bus geregeld. Morgen vertrek ik en gaan we elk weer onze weg. Byron Bay is een beetje een feest stadje waardat elke avond wel het een of het ander te doen is. Ofwel een marginaal feeestje in Cheeky Monkeys – een soort van Vangogh, De drie wijzen of Koestal- ofwel live muziek (soort audities voor het Blues Festival dat hier binnen enkele weken is, super chille ragea-country-folk-rock muziek). Maar ook surflessen, wat zwemmen, wat zonnen en een BBQ staan nog op het programma. Oh jah, en eens een kijkje gaan nemen in Nimbin. Whats that precious? Google it. Ik ga gewoon een kijkje nemen, voor jullie de verkeerde indruk krijgen. Na zondag vertrek ik richting Queensland waar er hopelijk werk te vinden is. Meer in-land is er meer te doen volgens iedereen. En geld mag er toch wel beginnen te komen. Travelling is expensive. Fun, But expensive. ‘Sad but true’ zoals de Beatles ooit zeiden. Werk heb ik voorlopig nog niet gevonden, alleen jobkes zoals MacDonalds en dergelijke worden hier vlug gegeven. Maar kheb precies een beetje het gevoel dat ik niet naar hier ben gekomen om in eenMcDonalds te werken. Ik wil wat meer ‘Australisch-typische’ werkjes doen, fruit picking, mining, snake catching you know… We zien wel… :)

Goed, weer een hoop gezaag gehad, jullie weten waar ik ben, wat ik doe en ik ga mijn tijd niet meer verdoen door binnen te zitten en te typen terwijl het hier weer dik tegen de 30 graden is, perfecte zon en zee is. So,…
Catch You on the flip side dudes and dudettes…
Surf’s up!
R.

Foto’s volgen, filmpjes miss.

  • 24 Maart 2013 - 08:09

    Evelien:

    Is Zwitserland niet enorm duur om te leven? En moet je niet eerst Zwitsers leren om daar les te kunnen geven? :p
    Anyway, leuk om nog eens up to date te zijn! :)

  • 24 Maart 2013 - 15:52

    Annie:

    Hey Ruben,

    Je maakt daar de film van uw leven mee.
    Geniet er van en geniet van uw verhalen.
    Mooi, mooi, sjieke dingen.
    Een dikke knuf,
    uw collegaatje Annie


  • 24 Maart 2013 - 18:42

    Patricia:

    "bush, bos of ‘wilde’ natuur, ... het gevoel alsof ik thuis kom" O, ja?
    Geeft niet hoor; ik weet wat je bedoelt... :p
    Geniet maar volop en dank je wel dat we mogen mee genieten
    dankzij de lange versie van je update en de skypies!
    Love and blessings!

  • 25 Maart 2013 - 08:17

    Diane:

    Hallo Ruben,

    Amai wat een avontuur, het is fijn te lezen dat je zo geniet :)
    Wens je nog veel van die mooie en spannende momenten en kijk ernaar uit
    om je volgend verhaal te lezen! De foto's zijn super mooi :)
    Vèèl plezier en tot....
    Groetjes
    Diane (mama van Karen) ;)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Byron Bay

Australia

Australia, what else can I say?

Recente Reisverslagen:

20 Oktober 2013

Bitch Trip

01 September 2013

Darwin en dergelijke

11 Juni 2013

End of walla Begin of Darwin

29 April 2013

Wacka Wallavile

02 April 2013

Roadtrip - Jobhunt
Ruben

Ruben is my name, adventure the game...

Actief sinds 03 Feb. 2013
Verslag gelezen: 500
Totaal aantal bezoekers 12513

Voorgaande reizen:

04 Februari 2013 - 24 Juli 2013

Australia

Landen bezocht: